dinsdag 29 oktober 2013

Ingezonden bericht m.b.t. Zaak Ben van Den Brink.

(INGEZONDEN BERICHT)

Geachte heer, mevrouw,


graag uw aandacht voor het volgende: Ben van den Brink en zijn partner Leonie Minkema hebben de afgelopen jaren zeer veel moeite gedaan de kwestie omtrent het misbruik en de uithuisplaatsing van hun minderjarige dochters, D en N van den Brink, onder de aandacht te brengen van de betrokken instanties, en tal van andere, niet rechtstreeks betrokken amtenaren en overheidsinstellingen.

Tevens hebben zij hierover gepubliceerd in diverse binnenlandse en buitenlandse alternatieve media en sinds kort hebben ook diverse mainstream-media interesse getoond in de zaak. Inmiddels is wel tot het grootste deel van de nederlandse bevolking doorgedrongen dat er veel mis is in Nederland op het gebied van jeugdzorg en met name de uithuisplaatsingen, hetgeen al heeft geleid tot diverse demonstraties en protesten.

De zaak van den Brink is uitzonderlijk goed gedocumenteerd en onder te verdelen in twee zaken namelijk:

1a) het door de kinderen vóór de uithuisplaatsing gemeldde misbruik van hen door hun opa, Y.M., en het daarbij behorende onderbouwende bewijs bestaande uit een artsen-rapportage,

1b) het door de vader veronderstelde misbruik van de beide meisjes binnen de verschillende jeugdzorginstellingen ná de uithuisplaatsing en het pleeggezin waar ze nu verblijven, en de daarbij behorende berg aan zeer sterke aanwijzingen in die richting,

2a) de argumentatie op grond waarvan door de rechtbank de beide kinderen uithuis werden geplaatst en, later, de moeder uit het ouderlijk gezag werd ontheven,

2b) de wijze waarop de formele kant van de uithuisplaatsing en de ontheffing uit het ouderlijk gezag werd uitgevoerd.

Ten aanzien van de punten 1a) en 1b) kan de weigering door de politie de aangifte van de vader te ontvangen en de nodeloze repressieve maatregelen door de politie tegen de aangever als zeer opmerkelijk worden beschouwd alsmede de bewering van de burgemeester van Zoetermeer dat wél aangifte zou zijn aangenomen [tegen de beheerders van het pleegoudergezin] zonder dat de bewijsstukken daarvan worden getoond door deze burgemeester.

Uit puur medeleven met het gezin volg ik deze zaak al geruime tijd en ook na persoonlijke contacten met hen kom ik telkens tot de zelfde conclusie: beide ouders zijn eerlijke weldenkende personen die ziels veel om hun beide kinderen geven en zeer wel in staat zijn er goed voor te zorgen, er waren geen gegronde redenen om de kinderen uit huis te plaatsen.

Uit brieven van de kinderen aan de ouders, zowel als uit de rapportage van Bureau Jeugdzorg die wordt gebruikt in het vonnis van de rechtbank blijkt dat de beide kinderen zich zeer thuis voelden bij hun ouders en dat er thuis geen noemenswaardige problemen bestonden.

Dat beide ouders ondanks hun zeer sterke zaak en de aandacht die erop is gericht nergens gehoor of erkenning vinden bij de verantwoordelijke instanties, dat beide ouders zeer zwaar gebukt gaan onder het onrecht en geweld dat hen werd aangedaan door de Nederlanse overheid.

Dat de vader bovenop de constante pijn wegens het verlies van het contact met zijn kinderen ook blijvend fysiek letsel heeft opgelopen doordat hij extreem zwaar mishandeld werd door een speciaal arrestatie-team enkel omdat hij een keer ergens vanuit zijn wanhoop had geschreven 'desnoods schietend zijn dochters te zullen gaan bevrijden'.

Hier wordt dus het beeld zichtbaar van twee mensen die in hun gelijk staan en langzaam door de staat helemaal ten gronde worden gericht, hetgeen volgens mij een barbaarse middeleeuwse praktijk is.

Ten aanzien van punt 2a) kan worden gesteld dat de door de rechtbank gebruikte argumentatie om tot uithuisplaatsing over te gaan, namelijk dat de vader een zekere invloed zou hebben gehad op de kinderen [met name daaruit bestaande dat hij hen in zou prenten dat zij misbruikt zouden zijn], buitengewoon zwak is en bovendien het zeer sterk de schijn in zich draagt dat juist de aangifte door de vader de werkelijke reden is om tot dergelijke drastische maatregelen als uithuisplaatsing over te gaan geheel conform de politionele acties die volgden op de poging tot aangifte van de vader, en dat bij die argumentatie de conclusies van de artsenrapportage [hetgeen er op neer komt dat er zeer sterke aanwijzingen zijn dat de kinderen inderdaad door Y.M. misbruikt werden] volkomen worden genegeerd .

Wat punt 2b) betreft: de vader, Ben van den Brink, heeft een totaal-overzicht van alle onregelmatigheden die plaats vonden binnen de procedure van uithuisplaatsing en ontheffing ouderlijk gezag, welke hij gaarne bereid is u ter kennisneming te doen toekomen.

Herhaaldelijke verzoeken tot herziening werden door de ouders bij de rechtbank ingediend maar blijken telkens uit het bestand van de rechtbank te worden verwijderd en worden daarom niet in behandeling genomen.

Verantwoordingen die rechtstreeks onder de Inspectie Jeugdzorg vallen zijn die van het welzijn van de kinderen, de beoordeling van de rechtmatigheid van de uithuisplaatsing [en met name de wijze waarop dat is gebeurd], en het toezien op de uitvoering door de pleegouders van het in stand houden van een optimaal contact tussen de ouders en de kinderen.

De kinderen zijn thans al geruime tijd ondergebracht in het Wilmahuis, ........ .. te Zoetermeer, een tehuis dat formeel niet is aangesloten bij Bureau Jeugdzorg, terwijl officieel de uithuisplaatsing wél onder Bureau Jeugdzorg valt.

Bovendien bevindt het Wimahuis zich niet in de regio Noord-Holland waar de ouders wonen, [kinderen horen altijd te worden ondergebracht in de regio waar de ouders woonachtig zijn].

Foto's zijn opgedoken op het internet van D en N waaruit blijkt dat zij tijdens de uithuisplaatsing onderworpen zijn aan schandelijke, onterende praktijken, wellicht ook misbruik en mishandeling.

Tijdens privé-telefoongesprekken met de ouders geven zij aan bedreigd te worden dat, indien zij hierover spreken, als maatregel zullen worden overgeplaatst naar een gesloten afdeling van de Hoederloo-groep, ook geven ze aan bedreigd te worden met zwaar misbruik/zware mishandeling.

Wat betreft het onderhouden van het contact tussen de ouders en de kinderen kan aantoonbaar worden gemaakt dat de pleegouder die de kinderen onder haar beheer heeft, W.B, alle regels omtrent de omgang met voeten treedt en bovendien onder diverse schuilnamen, op internet-sites, [zoals Jos Bos, Entoch, Theo en De Derde Kop Koffie], de vader zeer ernstig pleegt te belasteren en te psychiatriseren.

Ook heeft zij een maal geprobeerd een reactie te schrijven op een site met dreigementen uit naam van Ben van den Brink om hem daarmee ernstig in de problemen te brengen.

Dit is allemaal niet alleen in strijd met de wet maar het vormt ook de zeer sterke aanwijzing dat er iets zeer vreemds gaande is in het Wilmahuis, waar volgens Ben van den Brink ook de mede-beheerder van het Wilmahuis in betrokken is, ex-rechercheur van politie A.W. .

Ben van den Brink is bereid op uw verzoek al het hem ter beschikking staande bewijsmateriaal en onderbouwende materiaal met u te delen. Veel documentatie is al te zien op diverse websites en op zijn facebook-pagina onder de naam: Ben van Den Brink [let op de hoofdletter 'D'].

Ik verzoek u met de grootste klem zo spoedig mogelijk deze zaak in behandeling te nemen zodat vanuit de Inspectie Jeugdzorg zal worden ingegrepen en de kinderen zeer spoedig weer het veilige vertrouwde thuis bij hun eigen ouders terug zullen krijgen.

Met vriendelijke groet,


von stauffenberg, lid onderzoeksgroep Zaak Ben van Den Brink.

_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Omwille van privacy redenen heeft de redactie diverse volledige namen uit het ingezonden bericht veranderd in initialen.
_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.